De Procureur Generaal stelt cassatie in belang der wet in naar aanleiding van uitspraak Gerechtshof over proceskostenvergoeding bij verkeersboetes. Het Gerechtshof heeft bij arrest (zaaknummer: WAHV 200.220.243)
bepaald dat artikel 591a Sv van toepassing is bij gerechtelijke procedures waar beroep is aangetekend naar aanleiding van een verkeersboete. Dat heeft tot de consequentie dat alleen bij een volledig gegronde zaak, de proceskosten door de Staat worden vergoed.

Dit heeft als consequentie dat rechtzoekenden niet meer op eenvoudige en laagdrempelige manier rechtshulp kunnen vinden wanneer ze het niet eens zijn met een verkeersboete. Voor een boete van een bij wijze van spreken, €200,00 moet vervolgens een veelvoud aan dat bedrag aan juridische kosten worden voorgeschoten.

Verschillende kantoren zijn tegen de lezing van het Hof vanwege de genoemde onwenselijke consequentie, in verweer gekomen bij de Hoge Raad. Procureur-Generaal mr. J. Silvis heeft ons vandaag meegedeeld cassatie in te stellen tegen deze uitspraak van het Hof.